© GETTY IMAGES

Laatste wil: Waarom je er tijdig over moet praten

‘Wat ik wil? Beslissen jullie maar wanneer het zover is.’ En als het dan zover is, zit de familie met de handen in het haar. Behandeling stopzetten of niet? Cremeren? Kerkelijke uitvaart? Hoe breng je het onderwerp vooraf ter sprake? En wat als er nooit over gepraat werd?

Françoise (66) zal zich het telefoongesprek haar leven lang herinneren. “Mijn broer Marc was nog jong toen bij hem een agressieve kanker werd vastgesteld”, vertelt ze. “Of hij veel pijn had? Moeilijk te zeggen, want al snel hadden uitzaaiingen in de hersenen zijn bewustzijn aangetast. Emotioneel was dat erg zwaar. Om het vol te houden, had ik die bewuste avond een slaappil genomen. Omstreeks één uur ’s nachts kreeg ik een telefoontje van de dokter. Hij legde uit dat mijn broer in ademnood verkeerde en vroeg mijn toestemming om te intuberen. Nog half versuft heb ik automatisch ‘ja’ gezegd. Toen ik er later over ging nadenken, weet ik niet wat ik had moeten antwoorden. We hadden het daar met Marc nooit over gehad. Ik weet dus niet zeker of mijn keuze de juiste was. Enkele dagen later is hij overleden, zonder nog echt bij kennis te komen.”

Olivier (44) kreeg na het overlijden van zijn moeder last van zijn geweten. “Mama is nooit praktiserend gelovig geweest. Volgens mij was ze zelfs eerder atheïst. Jaren eerder had ze met mij terloops over een crematie gepraat. Terwijl ze het met mijn zus over de familiegrafkelder had. Kortom, toen we de uitvaart aan het voorbereiden waren, wisten we niet goed waarop of waaraan. Om niemand te choqueren, hebben we voor een klassieke uitvaart in de kerk gekozen, ook al strookte dat totaal niet met wie mama was. Vervolgens is ze gecremeerd en werd de urne bijgezet in de familiekelder. Mocht ik dit kunnen overdoen, ik zou het anders aanpakken. Maar net na een overlijden bent je de kluts kwijt. Als je geen duidelijke richtlijnen hebt, doe je wat dan het beste lijkt…”

Eigen plechtigheid

Wanneer een naaste overlijdt en zijn/haar laatste wil niet heeft kunnen of willen uitdrukken, voelt de uitvaart of het afscheid soms als een gemiste kans – zoals bij Olivier aan het begin van dit artikel. “Het komt wel vaker voor dat de familie vindt dat het anders had gekund”, erkent klinisch psycholoog Malorie Bodart. “Niets belet je echter om dat nadien toch recht te zetten. Denk aan een uitstap, een maaltijd, een tweede plechtigheid. Dé vraag die je je dan moet stellen is: wat kan ik organiseren om er zelf ook vrede mee te hebben? Zo ken ik een gezin dat van plan is om samen een wandeling te maken op een plek waar de papa graag naartoe trok. Ook na de uitvaart is er dus ruimte voor het verwerken van emoties. Het hoofdstuk kan worden afgesloten met een daad die je verbondenheid met de overledene benadrukt.”

Last van de schouders nemen

De dilemma’s rond het levenseinde en de beslommeringen die ermee gepaard gaan, zijn legio. Al dan niet de behandeling stopzetten, euthanasie, organen wegnemen, het stoffelijk overschot begraven, cremeren, aan de wetenschap schenken, welk soort uitvaart… Allemaal netelige kwesties die in de familie nochtans zelden ter sprake komen. Alsof er een vreemd soort bijgeloof is dat zegt dat de dood dichterbij komt en tastbaarder is door erover te praten. Want in onze samenleving is de dood nog altijd een taboe, het ‘onbekende’, waar velen het liefst zo lang mogelijk over zwijgen. Tot ze voor een voldongen feit staan.

“Nochtans is iedereen – zowel de persoon van wie het levenseinde nadert als de naasten – serener wanneer deze vragen vooraf beantwoord zijn en de wensen duidelijk onder woorden zijn gebracht”, weet Dominique Cambron (directrice vzw Pallium, overlegplatform rond palliatieve zorg). “De familie beschikt dan over een leidraad, een houvast”, beaamt klinisch psycholoog Malorie Bodart. “De last van een aantal praktische beslissingen wordt hen van de schouders genomen, zodat ze kunnen focussen op het allerbelangrijkste: hun dierbare zo goed mogelijk bijstaan.”

Het gebrek aan heldere communicatie en richtlijnen leidt vaak tot felle ruzies. Volgens een kwalitatieve studie van de CM is onenigheid omtrent de zorg voor een dierbare van wie het levenseinde nadert zelfs een van de voornaamste oorzaken van familieruzies.

Op papier

Om je te helpen je laatste wilsbeschikkingen vooraf kenbaar te maken, ongeacht leeftijd of situatie, heeft LEIF in Vlaanderen, net als Pallium in Wallonië, een soort draaiboek klaar waarin alle thema’s en wilsverklaringen rond het levenseinde aan bod komen. Gelijkaardige documenten vind je ook op mijnoudedag.be, van de federale overheid. Zo kan je je laatste wil vastleggen voor het geval je plots overlijdt of niet meer in staat bent om je wensen te uiten.

De familie kan de laatste wil beter plaatsen als ze er vooraf van weet.

Maar het spreekt voor zich dat die paar documenten je laatste wil nooit helemaal kunnen samenvatten. Het is dus belangrijk dat je het onderwerp bespreekbaar maakt in familieverband of met je naasten. Als het eenmaal zover is, maakt dit voor de familie een wereld van verschil: in plaats van machteloos te moeten toekijken, kan ze er over waken dat je wensen en verlangens worden gerespecteerd. “Doorgaans verloopt de rouwverwerking ook beter als je je dierbare actief hebt kunnen begeleiden.”

Voldongen feit

Praten is belangrijk omdat sommige familieleden gechoqueerd kunnen zijn door bepaalde beslissingen als ze voor een voldongen feit komen te staan. Denk maar aan euthanasie of het stopzetten van de behandeling. Maar ook aan orgaandonatie – vandaag ben je een potentiële donor, tenzij je daar vooraf uitdrukkelijk bezwaar tegen heb gemaakt. In geval van orgaandonatie bestaat de kans dat de familie afscheid moet nemen van een lichaam dat nog aan machines hangt en kunstmatig wordt beademd.

“Hetzelfde geldt voor je lichaam do- neren aan de wetenschap”, merkt Dominique Cambron op. “Velen denken dat zo’n beslissing het voor de naasten makkelijker maakt. In werkelijkheid is het vaak een zware dobber voor wie achterblijft: de familie moet rouwen zonder stoffelijk overschot, dat ze dan anderhalf jaar later toch nog terugkrijgt.” Om dit te vermijden, kiezen sommigen ervoor hun lichaam achteraf niet te laten terugbezorgen en anoniem te worden begraven of gecremeerd. Als de familie vooraf van die wens op de hoogte is of bij de demarche werd betrokken, zal ze dit beter kunnen plaatsen: ze weet dan dat die keuze strookt met de waarden van de overledene en ze kan een ander type afscheidsplechtigheid organiseren, bijvoorbeeld een uitvaart met foto’s.

Op het vak van een persoonlijke invulling van de uitvaart, in lijn met de waarden van de overledene en/of de familie, is er vandaag veel meer mogelijk dan pakweg 20 jaar geleden: asverstrooiing op zee of aan de voet van een herinneringsboom, een religieuze, wereldlijke of zelfs gratis plechtigheid… In het geval van euthanasie is een afscheidsplechtigheid vóór het eigenlijke overlijden een optie: vaak blijkt dat familie en vrienden daar veel troost uit putten. Door er vooraf over te praten en ernaar te informeren kan een afscheid ‘op maat’ plaatsvinden, dat iedereen meer rust brengt dan een klassieke uitvaart.

© GETTY IMAGES

Aankaarten in de ik-vorm

De dood kan om het even wie, om het even wanneer treffen: er is dus niet zoiets als het perfecte moment of de ideale leeftijd om over het onderwerp te beginnen. “Indien mogelijk doe je dat best zolang alles nog goed gaat”, luidt het advies van Malorie Bodart. “In elk geval vóór een harde diagnose het emotioneel nóg zwaarder maakt.” Anders dan vaak gevreesd, is het meestal tamelijk makkelijk om het gesprek over de laatste wilsbeschikkingen op gang te trekken, op voorwaarde dat er rustig de tijd voor genomen wordt. Al zijn er ook mensen die het er absoluut niet over willen hebben. Ze wimpelen de vraag naar de laatste wilsbeschikkingen af met ‘Ik wil daar niet over praten, dat is macaber’ of met de boutade ‘wie dan leeft, die dan zorgt’.

Wat kan je doen als het levenseinde van een dierbare stilaan in zicht komt en hij/zij zich afsluit voor elk gesprek daarover? Dan moet je zo’n weigering kunnen aanvaarden. Al belet niets je nu en dan de kwestie weer aan te kaarten, bijvoorbeeld wanneer je dierbare vertelt dat er weer iemand van zijn/haar generatie is overleden en dus nadenkt over de eindigheid van het leven.

“Een methode die vrij goed werkt, is het onderwerp ter sprake brengen in de ik-vorm”, raadt de psycholoog aan. “Je kan dan iets zeggen in de trant van ‘Ik snap dat het je bezighoudt, dat is normaal, ik denk ook weleens aan de manier waarop ik begraven wil worden’, om vervolgens aan je dierbare te vragen of hij/zij er al weleens over heeft nagedacht.” Psychologen die in de palliatieve zorg werken, beschikken over specifieke tools, die eveneens kunnen helpen om de situatie te deblokkeren.

Vooruit denken is geen taboe

Niet iedereen hult zich in stilzwijgen over het eigen levenseinde en wat erna komt. Je hebt mensen die zich juist geruster voelen door al vroeg alles zelf te regelen, inclusief hun eigen uitvaart. “Het gebeurt echt wel meer dat mensen me komen opzoeken met een doordacht scenario over hun uitvaart”, vertelt Nicolas Lumen, directeur van een begrafenisonderneming. “Hun wensen zijn vaak heel gedetailleerd, tot en met de keuze van de muziek, de aankoop en plaatsing van de grafsteen of de tekst van het overlijdensbericht of rouwprentje. In dat geval stellen we hen precies dezelfde vragen als we doen bij de nabestaanden na een overlijden.”

Deze mensen hebben dikwijls weinig of geen familie of liggen ermee in ruzie. Zij voelen zich dan ook gerustgesteld als ze weten dat hun wensen vastliggen op papier en zullen worden gerespecteerd. Anderen regelen hun eigen uitvaart omdat ze het gevoel hebben controle te houden over een bij uitstek beangstigende gebeurtenis. Alsof ze meester blijven over hun eigen toekomstige dood of toch over bepaalde aspecten ervan.

Soms is het ook gewoon een vorm van altruïsme: “Mensen willen het hun familie minder lastig maken, hen al zeker niet opzadelen met moeilijke keuzes en administratieve rompslomp, en evenmin met de uitvaartkosten, want die kunnen – al zeg ik het zelf – fors uitpakken.”

Er bestaan vandaag gelukkig verschillende betaalmogelijkheden. Vooraf een uitvaartcontract tekenen kan bij voorbeeld al helpen om een kostenstijging door de inflatie te vermijden. “Zo’n contract is best wel een slimme stap. Maar dan moet je zeker altijd een vertrouwenspersoon verwittigen dat je je keuzes hebt vastgelegd in een contract bij een bepaalde begrafenisondernemer.” En al helemaal als je je wensen hebt besproken, maar nog niet betaald. Als het overlijden pas veel later plaatsvindt, hebben begrafenisondernemingen niet altijd de reflex om na te gaan of ze ergens een bestand hebben met de gedetailleerde wensen van de overledene. Ook is het niet ondenkbaar dat de familie een beroep doet op een andere onderneming.

Niet in steen gebeiteld

Blijft je naaste er weigerachtig tegenover staan, dan kan je benadrukken dat een laatste wilsbeschikking niet onherroepelijk is. Wilsverklaringen zijn enkel geldig als de betrokkene niet meer in staat is zijn/haar wensen kenbaar te maken. En de wilsverklaring euthanasie geldt enkel in geval van een onomkeerbare coma. In de overige gevallen primeert wat de patiënt zegt. Altijd. Je laatste wilsbeschikkingen kenbaar maken is dus hooguit een voorzorgsmaatregel, voor het geval dat. Van mening veranderen mag en kan, zo vaak je wil.

“Jaren terug heb ik humanitaire missie vervuld in het buitenland”, geeft Dominique Cambron nog mee. “Veiligheidshalve heb ik vóór mijn vertrek werk gemaakt van mijn wilsverklaringen en vastgelegd of ik bij een overlijden al dan niet moest worden gerepatrieerd. Destijds vond ik dat geruststellend. Mocht ik het vandaag opnieuw doen, dan zou ik bepaalde zaken anders invullen. Want het leven evolueert. Soms zijn de dingen die vroeger belangrijk waren, dat vandaag niet meer. En omgekeerd.”

Meer weten? Verder in dit nummer vind je in de rubriek Recht & geld een artikel over de vijf mogelijke wilsverklaringen.

Partner Content