Kastelen rond Parijs
Van Versailles tot Senlis vindt u een veelvoud aan charmante dorpjes, steegjes, tuinen en kastelen. Het prachtige Vaux le Vicomte, het koninklijk paleis van Fontainebleau diep in de bossen... Dit is Frankrijk in zijn meest veelzijdige gedaante, waar de geest van de Zonnekoning nog altijd rondwaart!
In hun haast op weg naar het zuiden, zien de meeste mensen alleen snelwegen en files. Maar in de buurt van Parijs kronkelen talloze departementale wegen van dorp naar dorp. Ze onthullen duizend en één schattige geheimpjes.
Senlis, ten noorden van de hoofdstad, is de eerste verrassing. De oude stad is een schone slaapster, door stevige Gallo-Romeinse wallen tegen de chaos van de moderne wereld beschut. Haar straatjes dragen poëtische namen die een middeleeuwse wereld oproepen. Senlis is nog altijd trots op de resten van zijn koninklijk slot. Enkele ruïnes bij de stadswal herinneren de bezoeker eraan dat geharnaste baronnen in het jaar des heren 987 op deze plek Hughes Capet tot koning van Frankrijk uitriepen. Ook een wandeling door de straatjes onthult het rijke erfgoed van deze stad. De kathedraal, de kleinste van Noord-Frankrijk, is een parel van de gotiek. Maar ook de abdij van Saint-Vincent en de herenhuizen zijn stuk voor stuk wondere ontdekkingen in een oase van rust.
Velden en wouden
Op een boogscheut van Senlis ligt het kasteel van Chantilly, dat een van de rijkste musea van Frankrijk herbergt met belangrijke kunstcollecties, grote zalen en niet minder dan 13 000 zeldzame boeken. In houten huisjes tussen het lover van het park kunnen zoetekauwen bovendien de echte crème chantilly proeven. Het domein is volledig gewijd aan het paard: de hertog van Bourbon liet er uitgestrekte stallen bouwen voor zijn 200 paarden en zijn jachthonden. Vandaag worden niet minder dan 3000 volbloeden in Chantilly getraind voor de wedrennen.
Dan blijft het kasteel van Raray veel discreter. Dit 17de-eeuwse slot baadt in een mysterieuze sfeer, in een dorpje te midden van de korenvelden. Het voorplein heeft twee portieken versierd met een rij mysterieuze beelden. De dichter Jean Cocteau liet zich door de sfeer van het kasteel verleiden om er zijn beroemde La Belle et la Bête te verfilmen. Vandaag is het domein een paradijs voor golfers en voor al wie van de charme van het platteland houdt. Fijnproevers kunnen genieten in het betoverende kader van het Grand Salon.
Het graf van Van Gogh
Een eindje verder ligt het woud van Halatte waar stille, pittoreske dorpjes kleine schatten bewaren die alleen de lokale mensen kennen. De romaanse kerk van Rhuis is zo’n sieraad, badend in het licht. Meer naar het zuiden bloeien de rozen van de abdij van Chaalis, die de schatten bewaart die lang geleden door een rijke weduwe werden verzameld: een indrukwekkende collectie antiek uit heel de wereld, van middeleeuwse en renaissancekunst tot boeddhabeeldjes uit Birma en Indiase palankijnen.
Dit is het gulle platteland dat de impressionisten van de 19de eeuw verleidde: Corot, Daumier, Millet... Ook Vincent Van Gogh, moe van Parijs en het te felle licht van de Provence, vond nieuwe inspiratie in Auvers-sur-Oise. Het dorpje is authentiek gebleven. Alles roept de beroemde werken van de gedoemde schilder op: de kerk, het huis van dokter Gachet... Aan de mooie herberg van Ravoux verdringen de toeristen zich om het kale kamertje te zien waar de kunstenaar zich van het leven benam. Het decor van dit drama is haast onaangeroerd. En een holle weg leidt door de landschappen die Van Goghs meesterwerken inspireerden naar het ontroerende kerkhofje waar de kunstenaar en zijn broer Theo rusten, onder een eenvoudig kleed van klimop.
Het land van de vorsten
De meanders van de Marne, ten oosten van Parijs, staan in het teken van het goede leven. Er wordt weer gedanst in de ginguettes van vroeger. Populaire gelegenheden als Chez Gégène of Mimi dit la Sardine trekken kenners aan die zich Frankrijk niet kunnen voorstellen zonder het bal musette en zijn roes van accordeonmuziek en vin du patron!
Het land van Seine en Marne is de graanschuur van het Île-de-France. Het is ook de streek van de Brie – Karel de Grote was er al dol op en Talleyrand riep hem in 1815 uit tot koning van de kazen! Hier vinden we ook een van de mooiste kastelen van Frankrijk, naar verluidt “benijd door Lodewijk XIV en nooit geëvenaard”. Vaux le Vicomte werd gebouwd door Nicolas Fouquet, Lodewijks minister van financiën, die het lef had om hiermee het paleis van de koning in de schaduw te stellen. Geen goed idee, want de Zonnekoning liet zijn minister levenslang opsluiten en nam een tweede keer wraak door in de moerassen van Versailles een nog prachtiger paleis te bouwen. Maar Vaux le Vicomte was en is een elegant meesterwerk met tuinen ontworpen door le Nôtre, de tuinier van Lodewijk XIV. U kunt het ook bezoeken bij kaarslicht. De sfeer van het met 2000 kaarsen verlichte domein is pure magie.
Niet ver van de stad Nemours ligt de vallei van de Loing die dorpjes herbergt die zo uit een sprookje kunnen komen. Moret-sur-Loing, Grez-sur-Loing,... het zijn gedroomde decors voor schilders. Sisley heeft hier gewoond, terwijl Rousseau voor Barbizon koos. De faam van dat laatste stadje, het mekka van de schilders van de 19de eeuw, reikt tot ver buiten de Franse grenzen. Kunstliefhebbers uit heel de wereld komen er op pelgrimstocht, om er te dromen van de bohemiens die als kluizenaars aan de rand van het woud van Fontainebleau leefden. Dit woud met het gelijknamige kasteel is een fantastische omgeving: kinderen komen er spelen tussen de rotsen, ruiters en trekkers vinden hier een geweldig speelterrein van meer dan 20 000 hectare. Het kasteel troont in het midden van het woud. Majestueus, met plafonds van gebeeldhouwd notenhout, een indrukwekkende troonzaal en een doolhof van donkere kamers. In de loop van zeven eeuwen woonden 34 koningen in wat Napoleon “het echte verblijf van de vorsten” zou hebben genoemd. Geen wonder dat hij hier met tranen in de ogen afscheid nam van zijn keizerlijke garde...
Schoonheid en geheimen
Maar het beroemdste kasteel van het Île-de-France is Versailles. Met zijn tuinen en de gerestaureerde pracht van zijn spiegelgalerij trekt het een massa bezoekers aan. Versailles dreigt haastige reizigers de meer discrete schatten van de streek te doen vergeten, zoals de vallei van Chevreuse, met haar vijvers tussen de kastanjebomen, romantische landhuizen, de tuinen van Courances, het kasteel van Rambouillet en de melancholieke ruïnes van de abdij van Port-Royal-des-Champs. Een van de mooiste is het kasteel van Maintenon, voorbij het woud van Rambouillet. Lodewijk XIV schonk het aan zijn maîtresse Françoise d’Aubigné, met wie hij later in alle discretie trouwde. Het Île-de-France is altijd een streek geweest van schoonheid én van geheimen...
Tekst en foto’s: Paul Lorsignol
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier