© Getty images

Waar gaan je brandstofcenten naartoe?

De prijs van een vat olie bereikt recordhoogtes, maar een groot deel van wat je aan de pomp betaalt, bestaat uit accijnzen en btw.

Hoe worden de brandstofprijzen bepaald?

Ze zijn vastgelegd in een overeenkomst tussen de Staat en de Petroleumfederatie. Dagelijks berekent de FOD Economie de prijs per liter voor benzine, diesel, huisbrandolie, enz. Daarbij wordt rekening gehouden met de evolutie van de internationale noteringen voor deze eindproducten op de beurs van Rotterdam (niet met die van ruwe olie) en ook met de koers van de dollar tegenover de euro. Pomphouders hebben slechts een marge van enkele eurocenten (en de laatste tijd geen meer) om korting te geven op de officiële prijs.

Betaal je op brandstof vooral taksen?

Ja, de ontginning, raffinage en distributie van olie tot aan de pomp en de vergoeding van leverancier en pomphouder zijn goed voor 45 tot 50% van de brandstofprijs. Het overige deel zijn accijnzen – 60 eurocent per liter – en tot voor kort 21% btw. In normale tijden vloeit 55% (accijnzen + btw) van de benzineprijs en meer dan 50% van de dieselprijs (die duurder is om te produceren) terug naar de staatskas.

Waarom schommelt de prijs aan de pomp niet even hard als de marktprijs?

Omwille van het positieve cliquetsysteem, dat vooral positief is voor de staatskas. Want telkens als de brandstofprijs daalt, wordt een deel van de daling omgezet in hogere accijnzen. Door dat systeem verzekert de overheid zich van comfortabele inkomsten. Prijsdalingen aan de pomp worden zo afgezwakt.

En de omgekeerde (of negatieve) cliquet?

Wanneer de prijzen bepaalde maxima overschrijden, dalen de accijnzen. In theorie is er veel manoeuvreerruimte om die negatieve cliquet te activeren. Europa legt een minimumtarief van 33 eurocent per liter brandstof op. Ons land kan de accijnzen dus met... 27 cent per liter verlagen! En zelfs de btw kan omlaag, al heeft de overheid het daar zo moeilijk mee.

Hoeveel speelruimte heb je als automobilist?

Jouw marge om de rekening aan de pomp te drukken is redelijk klein. Natuurlijk kan je gaan vergelijken, bijvoorbeeld op carbu.com, een website die de prijzen per benzinesta- tion geeft in realtime en alerts uitstuurt wanneer je het best tankt. Maar de goedkoopste brandstof blijft diegene die je niet gebruikt. Zuinig rijden kan doorwegen. Rij je bijvoorbeeld 10 km/uur minder snel op de snelweg, dan kan je tot 1 liter per 100 km besparen.

En wat met stookolie? Die wordt veel minder belast: zo’n 25%. Dit verklaart waarom stookolie gevoeliger is voor schommelingen van de internationale marktprijzen. De prijs volgt de curve van het vat ruwe olie met een kleine vertraging, weliswaar gecorrigeerd door de wisselkoers euro/dollar.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content