© GETTY IMAGES

Zo betaal je minder erfbelasting

Wie van wie erft is een federale materie. Maar hoeveel belasting je als erfgenaam op die erfenis betaalt, bepaalt elk gewest. En in de 3 gewesten zijn er manieren om die belasting zo laag mogelijk te houden.

De erfbelasting in Vlaanderen (successierechten in Wallonië en Brussel) is progressief. Hoe groter het vermogen dat iemand doorgeeft, hoe hoger de belasting die de erfgenamen betalen. Verder speelt ook de graad van verwantschap een rol. De tarieven die een kind betaalt liggen een pak lager dan die voor een neef of vriend. We vroegen Estate Planner Johan Adriaens naar de vijf gemakkelijkste manieren om minder erfbelasting te betalen.

1. Doe een handgift of bankgift

“Schenken is dé manier bij uitstek om de erfbelasting of successierechten te drukken”, aldus Johan Adriaens. “Doe je een schenking van een roerend goed via een handgift (je geeft jouw nichtje een waardevol schilderij) of via een bankgift (je schrijft geld over op de rekening van je zoon), dan kan dit belastingvrij als jij nog drie jaar (vijf jaar in Wallonië) in leven blijft. Overlijdt de schenker minder dan drie of vijf jaar na de schenking, dan moeten de erfgenamen alsnog belasting betalen. Het bedrag van de schenking wordt dan bij de erfenis gevoegd en de erfgenamen betalen er erfbelasting op.

“De termijn van drie jaar slaat enkel op de belasting op de erfenis en heeft niets te maken met het erven zelf. Dat wordt al eens verward! Want bij het samenstellen van de erfenis worden in principe alle schenkingen meegeteld, ook degenen die jij meer dan drie of vijf jaar geleden deed, tenzij je schonk buiten erfdeel. Dat is belangrijk om de gelijkheid van de erfgenamen te garanderen. Stel dat jij acht jaar geleden een schenking van 50.000 euro deed aan je zoon en je dochter kreeg niets, dan moet je zoon die 50.000 euro, geïndexeerd, bij de erfenis inbrengen, waardoor hij minder zal erven dan je dochter.”

“Weet ook dat je een hand- of bankgift altijd kan laten registreren, ook al deed je dat oorspronkelijk niet”, geeft Johan Adriaens nog mee. “Dat gebeurt vaak als mensen voor een bankgift kozen, maar ziek worden en vrezen dat zij de termijn van drie of vijf jaar niet zullen halen. Dan kunnen de begunstigden van de schenking die alsnog registreren op het kantoor Rechtszekerheid (vroegere registratiekantoor) of op Myminfin.be. Er wordt dan schenkbelasting betaald aan een vlak tarief, dat niet stijgt naarmate het geschonken bedrag groter is. Die bedraagt 3% (3,3% in Wallonië) voor erfgenamen in de rechte lijn – kinderen, kleinkinderen -, voor echtgenoten en wettelijk samenwonenden. En 7% (5,5% in Wallonië) voor de anderen. Je betaalt in elk geval minder dan wanneer je het bedrag erft.”

Lees ook: Zo schenk je een roerend goed

Om een onroerend goed te schenken, dus van eigenaar te laten veranderen, moet je altijd langs de notaris.

2. Schenk een onroerend goed, liefst in stukjes

“Met een onroerend goed in je vermogen kan je minder soepel omgaan dan met geld”, weet Johan Adriaens. “Je kan het niet belastingvrij schenken, want om een onroerend goed van eigenaar te laten veranderen moet je via de notaris en moeten er schenkingsrechten worden betaald. “Je kan het natuurlijk verkopen en dan het geld belastingvrij schenken via een bankgift. Maar het kan ook interessant zijn om het onroerend goed te schenken en zelf het vruchtgebruik te behouden, zodat je er nog gebruik van kunt maken. Dan wordt er op het moment van de schenking schenkbelasting betaald op het hele bedrag, dus niet enkel op de naakte eigendom. Overlijdt de schenker, dan dooft het vruchtgebruik uit en wordt degene die de naakte eigendom kreeg volle eigenaar zonder nog erfbelasting te moeten betalen.”

“In elk geval is een onroerend goed schenken goedkoper dan het te laten erven, en dat in de drie gewesten”, benadrukt Johan Adriaens. Hij geeft nog een tip mee: “Omdat de schenkingstarieven oplopen naarmate het bedrag groter is, kan je overwegen om in stukjes te schenken. Je deelt het bedrag van de schenking op, waardoor je voor elk deel weer geniet van de laagste schijf en dus het laagste belastingtarief. Maar let op: pas na drie jaar worden de tellers weer op nul gezet. Je moet dus drie jaar wachten tussen elk deel dat je schenkt. Doe je dat niet, dan worden de bedragen van de schenkingen samengeteld en als één schenking belast, waardoor je sneller bij een hoger tarief uitkomt.”

3. Geef al een stukje door aan je kleinkinderen

“Meer erfgenamen betekent een lagere totale belasting op de erfenis. Dat is ook het idee achter de erfenissprong, naast het feit dat je als grootouder je kleinkinderen een steuntje wil geven”, legt Johan Adriaens uit. “Via een testament kan je het beschikbare deel van je nalatenschap – het deel dat niet verplicht naar je kinderen moet gaan – aan je kleinkinderen nalaten.” Een erfenissprong kan ook als je kinderen de nalatenschap weigeren en alles dan naar je kleinkinderen gaat.

Sinds 2018 zijn er nieuwe mogelijkheden en moeten je kinderen hun erfenis niet volledig verwerpen. “Als grootouder kan je aan je kleinkinderen schenken. Je kind brengt deze schenking later in bij de erfenis en krijgt dan minder dan de broers en zussen. En in Vlaanderen en Wallonië is er ook de doorgeefschenking: als je overlijdt, betaalt je kind erfbelasting, waarna het zijn erfenis geheel of gedeeltelijk kan doorschenken aan je kleinkind, zonder dat er nog schenkbelasting moet worden betaald.”

Lees ook: Doorgeefschenking populair

4. Steun een goed doel of een vriend

Een goed doel steunen én minder erfbelasting betalen, kon vroeger in de drie gewesten via een duolegaat. Johan Adriaens: “In Vlaanderen werd het fiscaal voordeel van het duolegaat afgeschaft. In ruil kwam er een belastingvrije gift of legaat aan een goed doel. Je kan in Vlaanderen ook een vriend een plezier doen door hem tot 15.000 euro na te laten. Daarop betaalt hij dan 3% (tarief rechte lijn). In Brussel en Wallonië kan je wel nog altijd voordelig nalaten aan een verre erfgenaam of vriend, samen met een legaat aan een goed doel. Maar giften en legaten aan goede doelen worden daar nog belast en er bestaat geen vriendenerfenis.”

Lees ook: Geven of nalaten aan het goede doel

5. Doe een factuurgift

Stel dat je als (groot)ouder je (klein)dochter voor 25.000 euro wilt sponsoren bij de bouw van haar huis. Je kan dit bedrag vooraf schenken. “Maar sommige (groot)ouders willen graag de zekerheid dat het geld goed wordt besteed. Een eenvoudige oplossing bestaat erin dat je vooraf met je (klein)dochter bespreekt welke factuur je zal betalen, bijvoorbeeld de vloerder, schilder, loodgieter, enz.”, legt Johan Adriaens uit. “Op het moment dat jouw (klein)dochter dan de factuur krijgt, betaal jij die gewoon in haar plaats. Juridisch wordt dit gezien als een onrechtstreekse schenking – dus zonder schenkbelasting – net zoals de bankgift. De schenker moet ook hier nog drie jaar (vijf jaar in Wallonië) blijven leven om de erfbelasting/successierechten te vermijden.”

Lees ook: Je huis verkopen op lijfrente

Partner Content