De Moorse vesting in Teruel. © Rosie Cabbe

De Via Verde in Spanje afdalen per fiets

Fietsen is in. Net als slow travel. Deze meerdaagse fietstocht brengt je van het hooggebergte van de Sierra tot aan het strand van de bruisende stadsmetropool Valencia.

Tussendoor daal je stapsgewijs 1.800 m af met als leidraad de Via Verde de los Ojos Negros. Deze fietsweg is een voormalig spoorwegtraject, omgevormd tot een gravelparcours van nagenoeg 160 km. De fietsroute leidt langs middeleeuwse stadsparels, door slaperige dorpjes, doorheen tunnels en over hoge viaducten, slingert door berg en dal, om finaal aan de boorden van de Middellandse Zee te eindigen.

In de Lage Landen zijn wij terecht nog geen klein beetje trots op ons Fietsknooppuntennetwerk. In Spanje kennen ze dit fenomeen niet. Dit betekent niet dat je daar geen wondermooie fietstochten kan maken. Dus trok ik van Teruel over Castellon naar Valencia: langs groene wegen van de bergen naar de zee. Een gedetailleerd roadbook en de gratis te downloaden Komoot-app waren onderweg mijn trouwe metgezellen, kwestie van op het juiste pad te blijven.

Valencia als opwarmer

Het startpunt van mijn zesdaagse fietstocht bevindt zich dan wel op grote hoogte, in het bergdorpje Albarracin, de eerste dag vlieg ik met een ochtendvlucht vanuit Brussel naar Valancia, zodat ik nog snel een dagje in deze bruisende metropool kan meepikken. Daarvan maak ik gebruik om de Ciutat Vella, het historische centrum, al slenterend te verkennen. Valencia heeft een geschiedenis die meer dan 2.000 jaar in de tijd teruggaat, en bestaat uit een middeleeuwse stadskern met enkele kilometers verderop, een lange strandsite vol bars, restaurants en andere gezellige terrasjes.

De historische binnenstad is een absolute aanrader, al kick ik vooral op Jardi di Turia, een groene stadslong die de oude binnenstad met de haven en de boorden van de Middellandse Zee verbindt. Deze 9 km lange parkzone is aangelegd in de bedding van de Turia-rivier, die enkele decennia geleden werd verplaatst en nu elders passeert. De vrijgekomen zone is omgebouwd tot een langwerpig stadspark. Hier vind je ook de Ciudad de las Artes y las Ciencias, een futuristische stad van Kunst en Wetenschappen.

’s Avonds dineer ik in de Mercado Central, de overdekte stadshall met een kluwen van culinaire eetkraampjes waar je allerlei lekkers in tapasvorm krijgt aangeboden.

De Ciudad de las Artes y de las Ciencies in Valencia.
De Ciudad de las Artes y de las Ciencies in Valencia. © Rosie Cabbe

Richting Sierra de Albarracin

Op dag twee begint het eigenlijke fietsavontuur. Een busje voert ons van Valencia richting het hooggebergte. De groep bestaat uit zes koppels en een paar enkelingen. Begin- en eindpunt liggen elke dag vast. En er is een roadbook. Die leidt langs autovrije, of toch zoveel mogelijk autoluwe, wegen. Voor de rest ben je zo vrij als een vogel. Wil je van het parcours afwijken, geen probleem.

In theorie mag je je eigen fiets invliegen, al kiest iedereen tijdens onze reis voor een huurfiets. Sommigen gaan voor een e-bike, ik ga voor een stoere gravelbike met draagtassen. Als dat maar goedkomt, met al die bergen onderweg. Om de bagage hoeft niemand zich te bekommeren. Die wordt iedere ochtend opgepikt en per auto naar het volgende hotel gebracht. Na een lange briefing en het afstellen van de huurfietsen, wordt iedereen de baan opgestuurd. Op naar het avontuur. Meteen check ik mijn komoot-app. Die maakt me duidelijk dat ik goed bezig ben.

De wandel- en fietsdijk in Valencia.
De wandel- en fietsdijk in Valencia. © Rosie Cabbe

Opwarmertje

Mijn huurfiets telt 18 versnellingen. Geen overbodige luxe, zal ik onderweg merken. De eerste dag is een opwarmertje: de fietstocht is slechts 40 km lang en dan nog meestal in dalende lijn. Ik heb mijn draagtas volgestopt met allerlei lekkers, gekocht in Valencia. Halfweg ga ik in de remmen en verwen mezelf in het groen met een heerlijke picknick. Mijn ploeggenoten fietsen mij ondertussen vrolijk voorbij. Laat ze maar doen. Ik heb alle tijd.

Aangekomen in Teruel, fiets ik door naar mijn hotel, waarna ik na een verkwikkende douche al slenterend de historische binnenstad met veel Moorse invloeden intrek. Teruel heeft dan ook enkele gebouwen op de Unesco Werelderfgoedlijst staan, maar heeft ook een middeleeuws centrum vol Spaanse toetsen. ’s Avonds zoek ik een authentiek restaurant op. Daar bestel ik een plaatselijke specialiteit – een Ternasco de Aragon, een stuk gegrild lamsvlees. Kwestie van wat proteïnen op te slaan voor de volgende dag.

Holderdebolder op en neer

Die volgende dag fiets ik eindelijk de Via Verde op. Vanaf dan is het min of meer rechtdoor. Het grindpad bolt beter dan verwacht. Onderweg duik ik enkele verlichte fietstunnels dwars door de bergen in. Ondertussen is het voluit genieten van de vele bedwelmende panoramische vergezichten over berg en dal. Het volgend hotel – eerder een boerderij, omgevormd tot hostel – bevindt zich bij wijze van spreken in het hol van Pluto. Geen keuzestress die avond. Eten wat de pot schaft, is de boodschap. Aan tafel verbroeder ik met de andere sportievelingen. Elk heeft zo zijn eigen verhaal, van een lekke band, over een slippertje zonder veel erg, tot een tof lunchadresje onderweg.

De Via Verde afdalen.
De Via Verde afdalen. © Rosie Cabbe

Ook de volgende dagen verlopen in een vast stramien: opstaan, ontbijten, en vertrekken wanneer het uitkomt. We fietsen dan wel in dalende lijn richting kust, de weg is allesbehalve één lange afdaling. Soms moet er stevig geklommen worden. Maar na iedere klim, volgt er meestal een afdaling.

Geen haast

Ik was vooral verrukt door de diversiteit van het parcours. De meeste fietswegen zijn autovrij. De ene keer fiets je tussen de windmolens, de andere keer dwars door dennenbossen of over brede richels. Ik passeer enkele slaperige dorpjes, pik geregeld een geut cultuur mee en neem uitgebreid de tijd om enkele rustpauzes in te lassen. Soms om een koffie te drinken, soms om te lunchen, soms om onderweg met een local een praatje te slaan. Zo blijf ik in het middeleeuwse stadje Jérica bijna drie uur plakken tijdens een uitgebreide lunch vol verleidelijke lokale producten. Ik ben niet gehaast. Niemand wacht op mij.

Zicht op Mora.
Zicht op Mora. © Rosie Cabbe

Op het einde van fietsdag vijf wachten de zon en de strandpromenade van Valencia. Daar trakteer ik mezelf op paella – dé lokale specialiteit – met zicht op het strand. Voor mij de perfecte afsluiter van een sportieve zesdaagse fietstocht.


Meer weten?
Boeken. Wij boekten een reis bij VOS Travel, onafhankelijke touroperator en dé specialist voor fiets- en wandelvakanties. 8 dagen fietsvakantie, kamer met ontbijt en halfpension kan al vanaf 625 euro. vostravel.be
Route. De afstanden variëren van 40 km tot 78 km per dag. Voor iedereen behapbaar. Reken op 75 euro/week voor een huurfiets, 150 euro/week voor een e-bike.
Informatie over Valencia. visitvalencia.com/nl

De 14de eeuwse Torre Mudejar de El Salvador in Teruel.
De 14de eeuwse Torre Mudejar de El Salvador in Teruel. © Rosie Cabbe

Partner Content