© Getty Images

Na je vijftigste uitkomen voor je geaardheid

Ook in deze tijd waarin holebi’s of lgbtq gelijke rechten hebben, is uitkomen voor je seksuele geaardheid niet evident. Soms gebeurt dat pas na een half leven. Toch zijn mensen die de stap zetten doorgaans gelukkig en laat hun omgeving hen zelden vallen.

De meesten onder ons ontdekken in de puberteit, wanneer de seksuele ontwikkeling op gang komt, tot wie ze zich aangetrokken voelen. Dat wie anders geaard is toch pas op latere leeftijd uit de kast komt, heeft te maken met verschillende factoren. De omgeving en de maatschappij, klinkt het bij psychologen, maar het is in de eerste plaats altijd een intern proces van jezelf aanvaarden. “En naarmate we ouder worden, wordt ons vermogen om onszelf te zijn groter. We durven dan anders te zijn”, zegt psycholoog Aai Gerhardt.

Intern proces

“Ik ben ervan overtuigd dat wanneer je pas rond je midlife je coming-out doet, je het toch op een of andere manier hebt onderdrukt of ontkend”, aldus Gerhardt. Uiterst zelden verandert iemands geaardheid in de loop van het leven. “Wat ik wel vaker zie, is dat mensen jaren hard hun best doen om hetero te zijn. Want iedereen hoort liefst bij de groep. Er zijn nu eenmaal meer hetero’s. Dat is de standaard en veroorzaakt dus minder afwijzing, angst en eenzaamheid. Niemand wil een buitenstaander zijn, nog los van het feit of je omgeving al dan niet tolerant is.”

Psychotherapeut Lynn Spillemae-ckers bevestigt. “Mensen die voelen dat ze een andere seksuele oriëntatie hebben, moeten hun eigen ideaalbeeld en verwachtingen loslaten. Vaak hebben we het klassieke plaatje in ons hoofd, niemand is vrij van stereotypen. Het interne proces om het beeld van jezelf bij te stellen is vaak even belangrijk als hoe je omgeving kan reageren. Natuurlijk helpt het als die open van geest is. Maar soms begrijpen familie of vrienden niet waarom iemand zo lang heeft gezwegen. Dat mensen pas na 40 of 50 durven te zeggen tot welk geslacht ze zich aangetrokken voelen, komt ook dikwijls omdat ze een heel psychologisch proces doormaken tussen het voelen en het uitspreken.”

Het is essentieel dat je jezelf aanvaardt, voor je met je geaardheid naar buiten komt.

“Het is toch niet altijd eenduidig”, nuanceert relatietherapeute Birgit Homblé, die geregeld mensen begeleidt die met hun geaardheid worstelen. “Soms is het voor mensen gewoon niet altijd duidelijk op wie ze vallen en gebeurt het pas na jaren, wanneer ze bijvoorbeeld verliefd worden op iemand van hetzelfde geslacht en alle puzzelstukjes in mekaar vallen.”

Tolerantie

“Natuurlijk kan je uit de kast komen niet los zien van de maatschappelijke context”, zegt Gerhardt. “Holebi’s of lgbtq (lesbian, gay, bi, transgender, queer) hebben formeel gelijke rechten, maar dat betekent niet dat alle geesten gerijpt zijn. Onder meer door de aanwezigheid van andere culturen en religies ligt lgbtq zijn soms moeilijker dan twee of drie decennia terug. Geweld tegen homo’s behoort helaas niet tot het verleden. Een juridisch statuut verandert daar weinig aan.”

“Ik heb de indruk dat we wat tolerantie en openheid betreft achteruitboeren. De jaren 90 en 2000, toen het homohuwelijk werd goedgekeurd, waren veel toleranter”, beaamt Homblé. “Veel mensen proberen bewust en respectvol om te gaan met de seksuele oriëntatie van anderen”, vindt Spillemaeckers. “Een andere geaardheid is bespreekbaar in onze samenleving, maar vooroordelen en stereotypen zijn de wereld niet uit. Als hetero voel je dat niet zo aan, maar ze zijn er wel.”

Holebi en heterohuwelijk

“Vooral wanneer je jong bent, wil je graag bij de groep horen en gaan holebi’s dikwijls door een fase van ontkenning”, aldus Gerhardt. “Dat is vandaag niet anders. Ze denken: eens ik een relatie heb met iemand van het andere geslacht en kinderen, komt het wel goed, zal ik er aan wennen. Je ziet geregeld dat ze eerst een heterohuwelijk aangaan, met goede intenties. Maar na verloop van tijd ontstaan seksuele en andere problemen binnen dat huwelijk. Want je kan je echte zijn niet ontkennen. Als je gay bent zal je nooit echt gelukkig zijn in een heterorelatie.” Is zo’n huwelijk dan niet echt? “Dat zou ik niet zeggen. Ook al zit het seksueel niet juist, beide partners kunnen wel om mekaar geven, van mekaar houden.” Spillemaeckers treedt dit bij: “Holebi zijn is een seksuele oriëntatie, wat niet wil zeggen dat je heteroseksuele huwelijk geen waardevolle elementen kan bieden, zoals verbondenheid, geborgenheid, de kinderen die een gemeenschappelijk doel vormen. Vandaag denken we stilaan ook minder binair: niet iedereen is 100% hetero of 100% gay. Vaak zijn er gradaties.”

Het vertellen

Een twintiger vindt het wellicht moeilijk om het te vertellen aan zijn of haar ouders. Op wat latere leeftijd is je eventuele eigen kinderen ermee confronteren lastig. “De beide zijn niet eenvoudig”, zegt Homblé. “Het kan voor kinderen natuurlijk grote gevolgen hebben, zeker als er een scheiding mee gepaard gaat. Maar anderzijds zijn ze vaak nog flexibeler en meer gewend aan diverse levensvormen. Voor hoogbejaarde ouders is het dikwijls moeilijker te plaatsen.”

Belangrijk is dat je een rustig moment kiest en de anderen voldoende tijd geeft om het te laten bezinken en vragen te stellen. Weet wel dat het uiterst zelden gebeurt dat kinderen of dierbaren om die reden het contact verbreken. “Als dat zich toch voordoet, is het meestal omdat de relatie al niet erg goed was. Heb vertrouwen in de verbinding die bestaat. Want er zijn altijd wel tig redenen om het niet te vertellen. Je man of vrouw heeft het te druk, je ouders zijn te oud, je kinderen puberen... Terwijl je omgeving het soms gewoon al lang door heeft.”

“Mensen zijn vaak banger voor een coming-out dan in werkelijkheid nodig is”, aldus Gerhardt. “Ze halen zich soms vreselijke dingen in het hoofd. Terwijl het meestal goed verloopt. Mijn ervaring leert dat uit de kast komen ten aanzien van de kinderen dikwijls als het moeilijkste wordt ervaren. Ik heb bijvoorbeeld een cliënte gehad die op vrouwen viel en dat nooit aan haar volwassen zonen heeft verteld, niet omdat zij het zouden afkeuren, maar gewoon omdat ze haar kinderen hier niet mee wilde confronteren.”

Voor kinderen is het natuurlijk heel erg schakelen. Sowieso zien zij hun ouders het liefst als seksloze wezens. Laat staan dat die seks dan ook nog met iemand van hetzelfde geslacht blijkt te zijn. “Maar kinderen kunnen vaak veel meer aan dan volwassenen denken. Ze zijn dikwijls heel adaptief. En inderdaad, slechts uiterst zelden verbreekt het kind daarvoor definitief het contact.”

Is er een geschikt moment om het te vertellen? “Het is vooral essentieel dat je jezelf aanvaard hebt”, zegt Gerhardt. “Da’s echt een voorwaarde om er mee naar buiten te treden. Als je jezelf afwijkend of bizar vindt omdat je op hetzelfde geslacht valt, dan zal het ook zo overkomen wanneer je het aan je omgeving vertelt. Als je communiceert wanneer je met jezelf in het reine bent, zullen vrienden en familie ook positiever reageren. Sowieso ben ik een groot voorstander van transparantie, eerlijk zijn met jezelf, in alle aspecten van het leven.” Zichzelf accepteren is eigenlijk voor veel mensen, of ze nu homo of hetero zijn, hun grootste probleem. Terwijl dat net de sleutel is tot geluk.

“Mijn man had het al lang gezien”

Maggy Doumen (73) was in de 40 toen ze haar man vertelde dat ze lesbisch is. Intussen heeft ze al bijna 30 jaar een vriendin. Als Regenboogambassadeur zet Maggy zich in voor lgbtq-senioren.

Als jong meisje wist ik dat ik mij niet echt aangetrokken voelde tot mannen. Ik kon goed met hen opschieten en samenwerken, maar da’s iets anders dan aantrekkingskracht. Het kwam eigenlijk niet bij mij op dat ik lesbisch kon zijn. Je kon er toen weinig over lezen, laat staan met iemand over praten. En omdat mijn verlangen naar kinderen vrij groot was, heb ik het toch geprobeerd met een man. Wij kregen een zoon en een dochter. Ik zorgde voor mijn gezin, werkte hard, vond dat ik mij maatschappelijk moest engageren. Me druk maken over mezelf vond ik egoïstisch. Ik was er ook gewoon niet mee bezig. Ik hield er geen heimelijk leven op na of zo.

Ik was manager bij een advocatenkantoor. Toen ik in de 40 was, stond ik dicht bij een burn-out, voelde mij helemaal niet goed. Iedereen zei: je hebt wat rust nodig. Op een gegeven moment heb ik het gewoon opgebiecht aan een oude schoolvriendin. Het kwam er ineens uit: ik ben lesbisch. Eens ik het had uitgesproken, kon ik het niet meer ontkennen. Toen voelde ik: dit is het. Ik heb het ook onmiddellijk verteld aan mijn man. Zijn reactie was: ‘Dat had ik al lang gezien. Je reageert heel anders op vrouwen dan op mannen’. Hij had nooit wat gezegd omdat hij onze relatie en ons gezin wou redden. Maar hij zag het aan mijn gedrag, de manier waarop ik mij uitte. Het was voor hem geen verrassing.

We hadden geen echt slecht huwelijk, probeerden samen de kinderen goed op te voeden, ruzieden niet en maakten afspraken. Maar ik kan ook niet zeggen dat het een liefdevol huwelijk was. We leefden voor een stuk naast elkaar. De buitenwereld zag ons evenmin als koppel, omdat we weinig dingen samen deden. Voor mij was het moeilijkste: de stap zetten naar het onbekende, afscheid nemen van het comfortabele bestaan van een gehuwde vrouw met twee kinderen. Ik heb dan hulp gezocht, onder andere om het te vertellen aan mijn kinderen, toen 12 en 14. Eerst vonden ze het vreselijk, ze hadden dit totaal niet verwacht. Omdat mijn man en ik zelden ruzie maakten, gingen ze ervan uit dat alles goed ging. Maar vrij snel hebben ze begrip getoond en ben ik verhuisd. We spraken co-ouderschap af en een jaar later heb ik mijn huidige partner leren kennen. Eens ik een relatie met een vrouw had, besefte ik dat deze dag en nacht verschilde van de relatie met mijn man. Veel mensen in mijn omgeving zegden ook dat ik er goed uitzag. Ik had gewoon mijn weg gevonden.

Partner Content