© GETTY IMAGES

Fijn voor je brein!

Je geheugen is zoals je gezondheid: het vergt onderhoud. Werp dus een dam op tegen angst en hou je interesseveld breed. Want hoe beter jij in je vel zit, hoe vlotter je geheugen werkt.

Lange tijd werd gedacht dat ons geheugen ergens in ons hart zat. Een denkbeeld dat in diverse talen sporen heeft nagelaten. Wij mogen dan al iets ‘uit het hoofd leren’, in het Engels luidt de uitdrukking nog altijd ‘learn by heart’ en in het Frans ‘apprendre par coeur’. Pas in de 20ste eeuw kwamen we erachter dat ons geheugen zich in de hersenen bevindt en niet op één plaats, maar in diverse hersenzones die onderling communiceren . “Wanneer je iets memoriseert of wanneer je informatie die je eerder in je brein hebt gestockeerd reproduceert, werkt je hele zenuwstelsel daaraan mee, dankzij de miljarden verbindingen die voortdurend worden gelegd tussen je neuronen”, legt geheugengidsauteur Stéphanie Bouvet uit.

Je geheugen mag dan al niet in je hart zitten, emoties spelen wel een cruciale rol bij het onthouden van dingen. Vandaar dat heftige ervaringen in je geheugen gegrift staan. En dat traumatische ervaringen paradoxaal genoeg soms aanleiding geven tot geheugenverlies (traumatische amnesie).

Misschien komt het nog wel van pas

Memoriseren valt uiteen in drie grote stappen: coderen, opslaan en reproduceren. Tijdens het coderen ontvangen je hersenen informatie van je zintuigen (gezicht, tastzin, reuk, smaak, gehoor). Stockeren houdt in dat je de informatie in je geheugen opslaat, maar enkel de informatie die je geregeld gebruikt, blijft bewaard. Bij het reproduceren of weergeven diep je de informatie uit je geheugen op, spontaan, onder invloed van stimuli (een geur, een liedje...) of met behulp van aanwijzingen: ‘Weet je dat niet meer? Maar jawel, het sneeuwde die dag zo hard...’. “Om informatie goed te memoriseren, moet je die uiteraard eerst begrijpen. Maar je moet ze ook doorvertellen en herhalen. Door herhaling slaag je er zelfs in om dingen te onthouden die je niet interesseren”, legt psycholoog en geheugenspecialist Michaël Devilliers uit. “Wat niet wegneemt dat het veel beter lukt als het je wél interesseert!”

Ook belangrijk om iets goed te kunnen onthouden: naar de toekomst kijken. Want anders dan vaak gedacht, is je geheugen niet op het verleden gericht! “Als je brein denkt dat de informatie ooit nog van pas kan komen, zal het die opslaan”, aldus nog Devilliers. Wellicht is dat een van de redenen waarom het geheugen met de jaren wat minder performant wordt. Want naarmate je ouder wordt, heb je doorgaans ook minder toekomstplannen. “Jezelf ervan overtuigen dat iets belangrijk is, volstaat niet om het te onthouden. Je moet ook nagaan in welke zin de informatie nog van pas kan komen.”

Nieuwsgierigheid, enthousiasme en ruimdenkendheid zijn dus prima voor het geheugen! “Mensen met een goed geheugen hebben vaak ook een breed interesseveld”, zegt Michaël Devilliers. “Nieuwsgierigheid houdt je brein lenig en soepel.”

“Een telefoonnummer uit het hoofd leren in plaats van het in je smartphone op te slaan onder een sneltoets, is bijvoorbeeld een goed idee. Want hoe meer je je brein aan het werk zet, hoe beter het ook werkt”, klinkt het bij Fabienne Collette (onderzoeker en neuropsycholoog, universiteit van Luik). “Toch is je brein geen spier. Je mag het dus ook niet te mechanisch zien: een telefoonnummer onthouden is prima, de persoon in kwestie opbellen en met hem of haar babbelen over wat je gedaan hebt, over wat je van plan bent en over de actualiteit, is beter.”

Michaël Devilliers merkt nog op dat onthouden geen kwestie is van willen. “Hoe omstandiger je redenering, hoe groter de kans dat je brein die zal opslaan. Je hersenen het bevel geven ‘Dat ga ik nu eens onthouden’, volstaat niet. Dat is geen voorbeeld van een geslaagde breintraining.”

Weg zonder grenzen

Velen klagen vandaag dat hun geheugen sputtert. Zelfs bij tamelijk jonge mensen is het een veelgehoorde klacht: zij hebben de indruk dat hun ‘harde schijf’ propvol zit door te veel stress en permanente mentale belasting. Michaël Devilliers beklemtoont nochtans dat je geheugen eigenlijk onbegrensd is. “Je brein is geen harde schijf. Je moet het veeleer zien als een geheel van verbindingen die worden geweven tussen diverse hersenzones. Je geheugen heeft meer weg van het internet: in theorie is het een web zonder grenzen. Het is dus niet nodig om al vooraf te snoeien in de hoeveelheid informatie die je wenst op te slaan.”

Heb je de indruk dat je brein een zeef is? Dan is je werkgeheugen – een deel van je kortetermijngeheugen – verzadigd. Door to-dolijstjes, sociale media en huishoudelijke taken kan het helemaal dichtslibben. Aan jou om de doorgang naar je langetermijngeheugen weer vrij te maken, zodat je opnieuw langer informatie kan stockeren.

Wil je investeren in je langetermijngeheugen, dan is het dus van belang dat je niet voortdurend op je adem trapt. “Bij té zware mentale belasting begint je geestelijke vermogen achteruit te boeren”, waarschuwt de psycholoog. “Eigenlijk ben je voortdurend brandjes aan het blussen. Je hebt constant de indruk dat je ergens wel iets vergeet. Je hebt geen totaalbeeld meer, geen overzicht. Daarom heeft je brein af en toe echt nood aan rust, want herinneringen komen tot stand in twee bewegingen: op het moment waarop je de dingen beleeft en op een rustmoment, bijvoorbeeld tijdens je slaap.” Vandaar ook dat je je belangrijke dingen vaak herinnert wanneer je onder de douche staat of aan het joggen bent...

Geef angst geen kans

Nog een grote vijand van je geheugen is je stemming, vooral als die op onweer staat. “Er kruipt nu eenmaal cognitieve energie in angstig of neerslachtig zijn”, verduidelijkt Fabienne Collette. “Anders gezegd: als je 40% van je cognitieve middelen gebruikt om te piekeren, heeft dat vanzelfsprekend een weerslag op je vermogen om dingen te onthouden.” Samen met haar team verrichte de onderzoeker onlangs een studie bij mensen met een verhoogd risico op een vorm van dementie later, zoals de ziekte van Alzheimer. “Het gaat om mensen die objectief gezien prima functioneren, maar toch klagen over geheugenproblemen. Wel, uit onze resultaten kwam naar voren dat gezondheidsopvoeding of een cursus mindfulness het angstpeil bij die mensen verlaagt”, legt ze uit. “En omdat angst een van de risicofactoren is voor het ontwikkelen van een neurodegeneratieve ziekte zoals Alzheimer, zijn dit veelbelovende resultaten.”

Vandaag kan je dus stellen dat het bestrijden van angst, stress of een depressie – bijvoorbeeld met meditatie – een efficiënte manier is om het risico op een geheugenstoornis terug te dringen. Reden te meer om af en toe wat gas terug te nemen en volop in te zetten op positieve energie.

Lees ook: 10 trucjes die je geheugen echt helpen

Het ene geheugen is het andere niet

Onder je kortetermijngeheugen vallen:

  • je zintuiglijke geheugen, dat betrekking heeft op informatie die wordt opgevangen door je zintuigen
  • je werkgeheugen, waarin je een beperkt aantal gegevens hooguit een minuut kan bijhouden (bijvoorbeeld tijdens een gesprek of wanneer je in gedachten een rekensom maakt).

In je langetermijngeheugen (of permanente geheugen) kan je herinneringen voor lange tijd opslaan, soms jaren of een leven lang. Daaronder vallen:

  • je episodische geheugen, voor persoonlijke gebeurtenissen uit je eigen leven, die gebonden zijn aan tijd en plaats. Het is ook emotioneel geladen, waardoor twee mensen die hetzelfde hebben meegemaakt daar niet noodzakelijk dezelfde herinnering aan overhouden
  • je semantische geheugen, dat je algemene cultuur bewaakt en waar je dus kennis – namen van voorwerpen uit het dagelijks leven, grammaticale regels, namen van landen... – en culturele feiten – data, historische gebeurtenissen... – opslaat
  • je procedurele geheugen, bestemd voor gewoontes en vaardigheden, zoals fietsen, breien, autorijden...

Partner Content