Nicotine, ondanks alles
Pre-operatief spreekuur. Voor mij zit een nerveuze man die binnenkort geopereerd wordt. Naast hem zit zijn echtgenote op het puntje van haar stoel. Het is duidelijk dat zij ‘in the lead’ is.
Ik stel een aantal standaardvragen: naam, geboortedatum,... Vraag na vraag is het de echtgenote die in zijn plaats antwoord geeft, als was ze de moeder van een onmondig kind. Of de advocaat van iemand die voor de rechter verschijnt. Welke operatie? ‘Een longoperatie’, antwoordt de vrouw weer.
Deze keer grijp ik vriendelijk maar kordaat in. ‘Zou meneer zelf kunnen antwoorden? Hij is het die geopereerd wordt, toch?’ De man kijkt gegeneerd naar de papieren in zijn hand. De vrouw knijpt de lippen opeen. Ach, het is allemaal goed bedoeld, denk ik. Deze twee vormen ongetwijfeld al decennia lang een solied koppel: zij de prater die alles regelt, hij de zwijger die de klussen opknapt.
De man heeft zijn redenen om nerveus te zijn. ‘Longkanker’, zegt hij aarzelend. ‘De bovenkwab van mijn linkerlong moet worden weggesneden’, verduidelijkt hij. In zijn dossier lees ik dat hij inderdaad een longcarcinoom heeft.
Ik geef uitleg over de anesthesie. ‘Ik ken het’, onderbreekt hij mij. ‘Ik heb het allemaal al eens eerder meegemaakt toen vijf jaar geleden de onderkwab van mijn rechterlong verwijderd werd’. Ik kijk opnieuw in zijn dossier. Het klopt: dit is zijn tweede longoperatie. Voor de tweede keer longkanker: twee keer ongeluk. Ik lees ook dat hij jaren gerookt heeft, 52 pakjaren om precies te zijn. ‘Ik neem aan dat u inmiddels gestopt bent met roken?’, vraag ik zonder ironie.
De man kijkt opnieuw beschaamd weg. ‘Helaas niet dokter’. Het is zijn vrouw die opnieuw het woord neemt, maar nu om haar eega te berispen. ‘Hij heeft enkele keren geprobeerd om te stoppen’. Ze somt zijn vruchteloze pogingen op: ‘Een eerste rookstop was na zijn hartinfarct, 20 jaar geleden. Een tweede poging nadat hij blaaskanker kreeg. Een derde keer toen bij hem longkanker werd vastgesteld.’
Ik ben onder de indruk. Bij al deze medische problemen is roken een oorzaak of risicofactor. Al deze ziekten hadden zijn dood kunnen betekenen: wat is er meer nodig om iemand doodsbang te maken en het roken definitief te laten afzweren? Toch rookt deze man stug door. Het zegt veel over het verslavende vermogen van nicotine.
‘Het zijn de zenuwen’, verdedigt hij zich. Ik heb met hem te doen, en wens hem veel succes met zijn operatie. ‘Ditmaal ga ik écht stoppen, dokter’, stamelt hij nog, alsof hij aan mij verantwoording moet afleggen. Zijn vrouw pakt hem bij de arm en troont hem naar buiten.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier