Wat is van jou, van mij, van ons beiden?

Koppels kennen vandaag allerlei samenlevingsvormen. Die hebben een weerslag op tal van zaken. Zoals hun financiën, bijvoorbeeld.

Samenleven kan op verschillende manieren. Je kan simpelweg op hetzelfde adres wonen. Dan ben je een feitelijke samenwoner. Je kan je samenwoning een juridischer vorm geven en kiezen om wettelijk samen te wonen. Dan krijg je er meteen een paar rechten en plichten bij die je als feitelijk samenwoner niet hebt. Of je kan kiezen om te huwen. Dan heb je keuze uit drie stelsels: het wettelijk stelsel – meestal zonder huwelijkscontract, soms ook met -, scheiding van goederen of gemeenschap van goederen, beide zo geregeld in een huwelijkscontract. Er bestaan ook tussenvormen. Zo kan je kiezen voor scheiding van goederen met een beperkte gemeenschap.

Professor Bart Chiau schreef een boek over de verschillen tussen trouwen en samenwonen. Die verschillen situeren zich op allerlei vlakken. Denk maar aan het erfrecht, belastingen, pensioen… Maar de samenlevingsvorm die je kiest, heeft ook een weerslag op je financiën. We legden prof. Chiau een paar vragen voor.

1 Heb je als echtgenoot automatisch volmacht op de rekening van je partner?

Neen, dat heb je niet. Ongeacht de manier waarop je getrouwd bent, als jij een rekening opent op jouw naam, heeft jouw partner daar geen volmacht op. Jullie kunnen elkaar natuurlijk wel een volmacht geven. Maar als je dat niet doet, kan je partner nooit je rekening leeghalen.

2 Kunnen echtgenoten die getrouwd zijn onder het wettelijk stelsel of met volledige gemeenschap van goederen geld van elkaars rekening halen?

Neen, dat kan niet. Ook al ben je getrouwd onder het wettelijk stelsel en is het loon dat tijdens je huwelijk op jouw individuele rekening wordt gestort juridisch een gemeenschappelijk goed, dan betekent dat niet dat jouw partner geld van je rekening kan halen.

3 Is je loon altijd een gemeenschappelijk goed? En wat met geld dat je geschonken krijgt of erft?

Alles hangt af van de manier waarop je getrouwd bent. Trouw je met volledige gemeenschap van goederen, dan is alles gemeenschappelijk, ook wat je vroeger al had en wat je tijdens je huwelijk verwerft, bv. je loon. Trouw je met scheiding van goederen, dan blijft alles, dus ook je loon, een eigen goed. Dat is ook zo als je niet trouwt en feitelijk of wettelijk samenwoont.

Maar het wettelijk stelsel, dat zit zo: alles wat jullie tijdens jullie huwelijk verwerven – de aanwinsten – is gemeenschappelijk, alles wat je voor je huwelijk al had blijft een eigen goed. Eigen blijft ook wat je erft of geschonken krijgt tijdens je huwelijk. Maar de inkomsten van die schenking of erfenis zijn dan weer gemeenschappelijk, zolang je huwelijk duurt.

Een voorbeeld: tijdens jullie huwelijk erft je partner een appartement van zijn/haar ouders en verhuurt dat. Het appartement zelf is uitsluitend van je partner, maar de huurinkomsten zijn van jullie beiden. Willen jullie dat niet, dan kunnen jullie in een huwelijkscontract laten vastleggen dat de huurinkomsten een eigen goed van je partner blijven. Verkoopt jouw partner later dat appartement met een meerwaarde, dan is dat geld weer uitsluitend een eigen goed van hem/haar.

Verder zijn ook de interesten uit eigen spaargeld en dividenden uit eigen beleggingen gemeenschappelijk. Ook hiervan kan je in een huwelijksovereenkomst zetten dat je wilt dat die opbrengsten eigen zijn.

Het loon dat op je rekening wordt gestort, moet je beschouwen als aanwinst en is voor koppels die getrouwd zijn onder het wettelijk stelsel dus inderdaad een gemeenschappelijk goed.

Dit onderscheid tussen een eigen goed en een gemeenschappelijk goed is belangrijk wanneer er wordt ‘afgerekend’: bij een scheiding of een overlijden.

Wettelijk stelsel: 3 vermogens

De meeste gehuwde koppels kiezen voor het wettelijk stelsel. Dan zijn er drie vermogens: het eigen vermogen van elk van de partners en het gemeenschappelijk vermogen. In het eigen vermogen zitten al je bezittingen van persoonlijke aard, zoals kledij. Verder al wat je al had voor je huwelijk en al wat er nadien bijkomt via een schenking of erfenis. Andere aanwinsten vallen in het gemeenschappelijke vermogen.

4 Hoe gaat dat dan precies bij een scheiding? Stel: er staat geld op de individuele rekening van beiden en geld op de gemeenschappelijke rekening. Hoe gebeurt de verdeling?

Zijn jullie getrouwd met scheiding van goederen, dan wordt het geld dat op de individuele rekeningen staat niet verdeeld. De som op de gemeenschappelijke rekening is ‘in onverdeeldheid’ en wordt in twee gedeeld, tenzij jullie daarover iets anders zijn overeengekomen in het huwelijkscontract.

Zijn jullie getrouwd onder het wettelijk stelsel of gemeenschap van goederen, dan wordt zowel het geld op de individuele rekening als op de gemeenschappelijke rekening in twee gedeeld. Tenzij je kan bewijzen dat geld op jouw individuele rekening er al opstond vóór het huwelijk of afkomstig is van een schenking of erfenis. Maar als je dat geld al een hele tijd geleden gekregen hebt, kan je vandaag nog moeilijk aantonen dat wat nu op je rekening staat afkomstig is van die vroegere schenking…

Scheiding van goederen: 2 vermogens

Ben je getrouwd met een zuivere scheiding van goederen, dan is er geen gemeenschappelijk vermogen. Jullie hebben dan elk jullie eigen goederen. Verhuurt een van jullie een eigen appartement, dan is de huuropbrengst louter voor hem/haar. Interesten op jullie eigen spaarrekeningen of dividenden uit beleggingen op naam van een van jullie zijn louter voor de partner die ze bezit. Openen jullie een rekening op beide namen, dan kunnen jullie natuurlijk allebei geld van deze rekening halen.

En dan zijn er nog de goederen waarvan niet kan worden aangetoond dat ze tot de eigen bezittingen van jullie behoren. Die worden beschouwd als ‘in onverdeeldheid’. In principe is dat elk de helft, maar hiervan kunnen jullie afwijken in het huwelijkscontract. Willen jullie dat niet, dan moet elk vanjullie kunnen aantonen met een aankoopfactuur dat een goed van jezelf is en dat jij met je eigen centen de factuur hebt betaald.

5 Zet je geld dat je erft of geschonken krijgt dan niet best op een aparte rekening?

Dat raad ik inderdaad aan. Zijn jullie al lang samen, dan raken jullie vermogens op de duur vermengd. Dan is het moeilijk te achterhalen of een bepaalde som geld effectief van een schenking of erfenis van een van jullie kwam en dat kan een probleem geven als jullie uit elkaar gaan. Zet je het geld op een aparte rekening, op jouw naam, dan kan je goed de flow volgen.

Je moet ook weten dat wanneer je het geld dat je geschonken krijgt of geërfd hebt op een gemeenschappelijke rekening zet, je er dan een gemeenschappelijk goed van maakt en een deel ervan verliest als jullie uit elkaar gaan. Want dan is het voor de helft van je partner geworden. Maar soms hebben mensen net de bedoeling om een som die de ene partner geschonken krijgt gemeenschappelijk te maken. Dan raad ik het omgekeerde aan: zet het op een gemeenschappelijke rekening, dan is de andere partner al voor de helft eigenaar van dit geld en hoeft hij/zij bij overlijden maar op de helft erfbelasting te betalen. Mochten jullie toch uit elkaar gaan, besef dan wel dat je partner er met de helft van wat jij geschonken kreeg vandoor gaat. Alles hangt er dus vanaf wat je beoogt.

Ik raad koppels aan open over hun geldzaken te praten. En niet alleen bij grote beslissingen.

6 Kan bij een scheiding één partner zeggen: ik moet meer krijgen van de gemeenschappelijke rekening, want ik heb er meer aan bijgedragen? Of: je hebt gemeenschappelijk geld opgedaan, ik moet daar een vergoeding voor krijgen?

Bij een echtscheiding vormen gemeenschappelijke rekeningen geregeld een twistpunt als partners hier verschillend aan hebben bijgedragen – door een groot verschil in loon of doordat de ene een erfenis heeft ontvangen en op de gemeenschappelijke rekening heeft gestort. Een samenlevings- of huwelijkscontract waarin duidelijk vermeld wordt wie wat bijdraagt of hoe de rekening mag worden verdeeld, kan dit opvangen.

Op de vraag of de ene partner aan de andere een vergoeding kan vragen omdat die gemeenschappelijk geld heeft opgedaan, is het antwoord genuanceerd. Als de partner kan aantonen dat de andere het geld niet gebruikt heeft voor het huishouden of de kinderen, maar bijvoorbeeld heeft opgedaan aan een dure oldtimer – zijn eigen hobby -, dan kan hij/zij wel een eis formuleren. Al zal dat niet gemakkelijk zijn…

Gemeenschap van goederen: 1 vermogen

Kies je als koppel om te huwen met een volledige gemeenschap van goederen, dan is alles gemeenschappelijk. Er zijn dan geen eigen vermogens. Had een van jullie al een huis of appartement voor het huwelijk, dan wordt dat gemeenschappelijk. Dus niet enkel de opbrengsten zijn gemeenschappelijk, het huis of appartement zelf ook!

7 Waar moet je nog aan denken bij een scheiding?

Hebben partners een lening lopen, dan moeten ze er wel aan denken om die bij een scheiding op één naam te zetten als een van beiden het huis overneemt. Maar wat weleens vergeten wordt zijn de levensverzekeringen en de groepsverzekering. Daar is het belangrijk dat je de begunstigde wijzigt. Want vaak is dat de langstlevende partner. Dat moet je dan aanpassen als jullie uit elkaar gaan. Neem zeker contact met je verzekeraar.

8 Hoe bewijs je dat een goed van jou is? Stel dat jij met je eigen geld een exclusieve zetel hebt gekocht of een duur schilderij, is dat dan ook gemeenschappelijk als je getrouwd bent onder het wettelijk stelsel of gemeenschap? Ook als je kan aantonen dat de factuur enkel op jouw naam staat?

Zijn jullie gehuwd onder het wettelijk stelsel en jij koopt een duur schilderij tijdens jullie huwelijk, dan wordt het wettelijk vermoed gemeenschappelijk te zijn. Maar als je kan aantonen dat het van je eigen geld komt – geld van vóór het huwelijk, van een schenking of erfenis en op je eigen rekening gezet -, dan is het eigen als de factuur op jouw naam staat en jij die hebt betaald.

9 Waar kiezen de meeste koppels voor: een gemeenschappelijke spaarrekening en twee zichtrekeningen? Enkel individuele rekeningen? Enkel gemeenschappelijk? Zijn er voor- en nadelen aan die keuzes?

Veel koppels behouden een eigen individuele rekening. Dat heeft het voordeel van de duidelijkheid. En het vermijdt discussies bij het beëindigen van de relatie. De financiële middelen op je eigen rekeningen blijven eigendom van jezelf, tenzij het gaat om beroeps-inkomsten bij het wettelijk stelsel of gemeenschap van goederen.

Hebben jullie geen gemeenschappelijke rekening, dan heeft dit toch een nadeel: er kan discussie ontstaan over wie met zijn eigen rekening de boodschappen, de uitgaven voor de kinderen, de kosten voor de gezinswoning heeft betaald… Misschien gebeurt dit bijna altijd met de rekening van dezelfde partner. Dit kan tot frustaties leiden, die jullie kunnen vermijden door een gemeenschappelijke rekening af te sluiten. In een huwelijks- of samenlevingscontract kunnen jullie samen bepalen wie wat bijdraagt aan die gemeenschappelijke rekening, in functie van jullie loon of tewerkstellingspercentage. Misschien werkt een van jullie deeltijds om de zorg voor de kinderen of ouders op zich te nemen. Dan kunnen jullie op papier afspreken dat die minder moet bijdragen aan de gemeenschappelijke rekening dan de andere.

10 Tot slot, wat raad jij koppels aan op financieel vlak?

Ik merk dat geld nog altijd een taboe is, ook bij koppels. Het zit niet in onze cultuur om over geld te praten. Sommige partners weten zelfs niet wat de andere verdient! Als het onderwerp al ter sprake komt, dan is dat vaak als er zich problemen voordoen, zoals een scheiding, aansprakelijkheid voor schulden, het bestedingspatroon. Vaak houdt slechts één partner zich bezig met de financiën. De andere weet amper welke beleggingen zijn of haar wederhelft heeft. Terwijl het toch belangrijk is! Daarom raad ik koppels aan open over hun geldzaken te praten. En niet alleen als ze gaan samenwonen of grote beslissingen nemen, maar ook als alles ‘rolt’. Toon elkaar op z’n minst waar de ander alles kan terugvinden en geef paswoorden en inloggegevens door!

En wat met de schulden?

Voor de schulden gelden dezelfde principes als voor de bezittingen. Zijn jullie gehuwd onder het wettelijk stelsel of gemeenschap van goederen, dan zijn de schulden gemeenschappelijk.

Maar ook al zijn jullie gehuwd met scheiding van goederen, toch kan je samen met je partner wel een schuld hebben. Jullie kunnen samen een lening aangaan voor een huis of een gebruiksvoorwerp. Die schulden hebben jullie dan in onverdeeldheid. Gaan jullie uit elkaar, dan moeten deze schulden nog worden verdeeld of toegewezen aan een van jullie. Die afspraken worden gemaakt bij de echtscheiding. Als een van jullie de lening overneemt, moet de andere partner worden geschrapt in de leningovereenkomst van de bank.

Lees meer over:

Partner Content