Winwinleningen nemen met helft toe
De populariteit van de winwinleningen neemt met de jaren toe. Sinds de invoering van de “vriendenlening” in 2006 is in totaal al 98 miljoen euro naar 2.692 bedrijven gevloeid. Waarvan 36 miljoen euro vorig jaar, zo leren cijfers van Vlaams minister-president Kris Peeters.
Terwijl federaal minister Steven Vanackere voorstelt spaargeld naar aandelen te verschuiven, bestaat op Vlaams niveau al een dergelijk initiatief. Met de winwinlening worden particulieren aangemoedigd om met spaargeld kmo’s financieel te ondersteunen. Op die manier kunnen jonge bedrijven makkelijker kapitaal vinden in hun directe omgeving.Bij de lancering in 2006 werd de lening, die een looptijd van 8 jaar heeft, enkel voorbehouden voor starters. Sinds 2011 is de winwinlening uitgebreid naar alle Vlaamse kmo’s.
“Deze strategie werpt duidelijk zijn vruchten af”, zegt minister-president Kris Peeters. Alleen al vorig jaar werden 1.314 winwinleningen afgesloten of 54,4 procent meer dan in 2011. Het geïnvesteerde bedrag bedraagt 36,065 miljoen euro of 48,8 procent meer dan in het jaar voordien. Dat komt neer op een gemiddeld bedrag van 27.447 euro per lening.
In principe kan elke kredietgever tot 50.000 euro ontlenen aan één bedrijf. De kredietnemer kan op zijn beurt maximaal 100.000 euro krijgen uit winwinleningen. “Maar we willen ook de echt kennisgedreven bedrijven en groei-kmo’s aanspreken, en dan kan het een belangrijke stap zijn om het bedrag te verhogen naar 200.000 euro”, zegt Peeters. Daarvoor zal hij een voorstel neerleggen bij de Vlaamse regering.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier