© CAROLE ARODI

Sidi Larbi Cherkaoui: ‘Dans is een taal die verbindend werkt’

Kersvers Baron Sidi Larbi Cherkaoui is dit najaar alomtegenwoordig op de culturele agenda. Behalve op zijn eigen voorstelling Nomad, drukte de prijswinnende choreograaf ook zijn stempel op de show Kurios van Cirque du Soleil, de musical Starmania en de nieuwe wereldtour van Madonna.

Het was tijdens het repetitieproces met The Queen of Pop voor haar intussen uitgestelde Celebration Tour dat Sidi Larbi Cherkaoui op een zondagochtend in juni tijd vrijmaakte voor een videogesprek vanuit zijn hotelkamer in New York.

Is samenwerken met Madonna een jeugddroom die uitkomt?

Eigenlijk wel. Zeker toen ik 17 jaar was, was het absoluut mijn ambitie om ooit zoiets te doen. Ondertussen zijn mijn ambities andere richtingen uitgegaan. Ik probeer nu eerder de mensheid te begrijpen in al haar bewegingen. Maar ik vind het wel ongelooflijk dat ik nu de kans krijg om met Madonna samen te werken. Ik leer veel bij. En ik vind het ook een mooi geschenk om te geven aan het kind dat ik toen was.

Ben jij nog starstruck als je samenwerkt met zo’n grote ster?

Ik kan starstruck zijn van echte sterren, maar evengoed van iemand die niet bekend is, maar die ik heel talentvol vind. Het gaat eerder over de innerlijke energie die iemand uitstraalt.

Ik kies heel bewust welke projecten ik doe en welke niet. Ik probeer mijn energie te steken in de zaken die ik de moeite waard vind. En dat heeft niet zozeer met succes te maken, maar met de liefde die ik voor iets voel. Bepaalde artiesten, zoals Alanis Morissette en Madonna, ben ik iets verschuldigd. Ik heb zo veel aan hen gehad op bepaalde momenten in mijn leven dat ik hen iets wil teruggeven. Ik ben niet heel car- rièrebewust bezig, in die zin dat ik niet enkel een profiel maak voor mijzelf. Ik ben ook graag dienstbaar voor mensen die ik echt bewonder of aan wiens traject ik graag wil meewerken.

Wanneer heb jij beseft dat dansen jouw ding is?

Er waren verschillende momenten in mijn leven. Thuis werd er geregeld muziek opgezet en gedanst. We hadden het financieel niet makkelijk. Dansen was een manier om het hart te luchten, de moeilijkheden van het leven te verwerken. Het had iets helend. De momenten dat mijn moeder en vader dansten, vond ik heel geruststellend. Later keek ik veel naar videoclips op MTV. Ik kon die dansbewegingen onmiddellijk nabootsen. Toen ik 15 was, organiseerden we op school cultuuravonden. Ik was dan diegene die vond dat we iets moesten doen op een podium, waar iedereen naar wou komen kijken.

Was het begin jaren 90 makkelijk om als puberjongen te zeggen dat je danser wou worden?

Ik ben niet in het cliché vervallen van de jongen die ze uitlachen omdat hij graag danst. Ik had geluk met mijn medeleerlingen en ook mijn leerkrachten waren heel ondersteunend. Het was ook een andere tijd. Ik ben in een tijdsgewricht opgegroeid waarin het helemaal oké was om als jongen te dansen. Dat neemt niet weg dat ik het moeilijk heb gehad – als Marokkaan, als homo – met de maatschappij in het algemeen. Het discours rond migratie en homoseksualiteit was in die tijd helemaal niet positief. De Vlamingen in mijn omgeving stonden gelukkig voor andere waarden.

Maar die beginperiode was voor mij niet het lastigste moment. Het is pas als je echt beslist om ervoor te gaan dat het moeilijk wordt. Plots merk je dat er heel veel mensen met dans bezig zijn. Dan is het zaak om dicht bij jezelf te blijven en niet verlamd te raken. Om te zeggen: ik blijf bewegen, blijf dansen, blijf creëren. Daarom heb ik veel compassie met de jongeren van vandaag. Je krijgt zo veel informatie dat je je kan afvragen wat voor zin het heeft om nog een muziekstuk te componeren of een boek te schrijven.

Is dat erger geworden door de komst van het internet?

Dat denk ik wel. Ik ben opgegroeid in een tijd waarin ik wist wat er in de wereld gebeurde, maar tegelijkertijd was het raam waardoor ik naar de wereld kon kijken nauw genoeg om de focus te behouden. Ik kwam altijd profes- sionele mensen tegen die mij dan een ander venster aanreikten waar ik doorheen kon kijken. Op die manier kon ik op zoek gaan naar een plek waar ik mezelf mocht zijn.

Ik voel me nog steeds niet altijd thuis, maar de kunstwereld is wel een plek waar je het meest eerlijk en open kan zijn. Kunst werkt integrerend. Het brengt zaken bij elkaar, in plaats van ze van elkaar af te sluiten. Zo kan ik mij in een voorstelling focussen op wiskundige geometrische vormen, ik kan fysica toepassen om iemand in de lucht te laten hangen. Maar ik kan ook praten over racisme vanuit mijn perspectief, als mens met een blanke huid en een Arabische naam. Over mijn levens- ervaring praten doe ik heel bewust, zoals bijvoorbeeld in de voorstelling Vlaemsch (chez moi).

Voel jij je als Belg, Marokkaan en queer, een rolmodel voor anderen?

Ik vind dat een moeilijk woord. In een ideale wereld zijn wij allemaal uniek, hebben we allemaal een eigen stem en kunnen we gewoon naast elkaar staan en met elkaar spreken. Er is niet zoiets als een ideaal leven. Een rolmodel is voor mij iemand die de richting aangeeft die iedereen moet volgen. Maar ik denk niet dat iedereen internationaal choreograaf moet worden, dat is niet altijd even leuk.

Ik denk dat mijn afkeer van het concept rolmodel er gekomen is na 9/11. Dat heeft mensen met Arabische roots enorm beïnvloed. Ik ging op reis naar Amerika en werd plots fel gecontroleerd, ik werd gewantrouwd. Dat was een heel pijnlijk en lang traject. Men zag die terroristen toen als rolmodellen voor de hele Arabische wereld. Het idee dus om mezelf met anderen te vereenzelvigen vind ik moeilijk.

Als rolmodel de notie inhoudt van pionier, van als eerste bepaalde zaken zichtbaar te maken, dan kan ik me er wel in vinden. Misschien kan ik deuren openen bij bepaalde mensen. En hopelijk kunnen we elkaar steeds meer begrijpen en genieten van het korte leven dat we hier hebben.

Dans je zelf nog veel?

In 2020 was ik op tournee als danser. Door covid is dat stilgelegd en de herstart werd voortdurend uitgesteld. Ik mis dansen enorm, maar ik heb het even losgelaten. Ik heb me enkel gefocust op mijn werk als regisseur en choreograaf, waardoor dat traject in een stroomversnelling terechtkwam. Door dingen los te laten, zijn je handen plots vrij om andere zaken te doen. Dat zie je bij veel dansers, dat ze rond een bepaalde leeftijd een transitie ondergaan. Ze worden leerkracht, of choreograaf.

Bestaat er dan een leeftijd waarop een danser dat lichamelijke moet loslaten?

Het lichamelijke moet je nooit loslaten! Je lichaam is het enige wat je hebt. Maar er is wel wat ageism aanwezig op de scène. In mijn eerste voorstelling, Rien de Rien, stond mijn balletlerares op scène. Ze was toen zestig. Naast haar stond een 13-jarig meisje. Dat gaf een mooie dialoog en het publiek vond het prachtig. In een veilige omgeving kan leeftijd geëerd worden. Flamencodansers en tangodansers worden zelfs sterker met de jaren.

Ikzelf ben heel erg bezig met contorsies, je lichaam plooien. Dat ging makkelijker toen ik 25 was. Bepaalde kwaliteiten zijn soms leeftijdsgebonden, en dus moet ik werken met jongere dansers die die kwaliteiten nog hebben. Dat is een beetje de reden waarom klassieke dansers vaak stoppen rond 40.

Kan jij goed om met je ouder wordende lichaam?

Soms wel, soms niet. Ik kan nog dansen, maar het vraagt meer energie om bepaalde bewegingen uit te voeren. Andere zaken worden dan weer makkelijker. Ik moet als choreograaf minder experimenteren om te weten wat werkt. Ik kan sneller de juiste beslissingen nemen. Dat is het leuke aan ouder worden.

Covid heeft wel een bepalende rol gespeeld in mijn huidige carrièrepad. Ik was 45 en vroeg me af wat ik nog wilde in mijn leven. Ik was altijd in Antwerpen en besefte dat ik nog graag eens in het buitenland wilde wonen. Toen het Ballet du Grand Théâtre de Genève me vroeg om directeur te worden, heb ik niet lang getwijfeld. Ik ken het gezelschap goed, ze hebben mij in het begin van mijn carrière kansen gegeven als choreograaf. De cirkel was rond.

Het geeft me ook de kans om eens in het Frans te werken, de taal van mijn vader. Dat doet me veel nadenken over taal en vertalen en die zoektocht naar elkaar begrijpen. De meeste problemen die ik zie in de wereld, ontstaan omdat mensen elkaar niet helemaal begrepen hebben, waardoor we vaak te snel rea- geren. Dans is een heel interessante taal omdat niemand die taal echt snapt. Dus doe je meer moeite om ze te proberen begrijpen. Als iemand een beweging maakt, gaan al je lichaamscellen op zoek naar wat het betekent, wat het met je doet. Dat zit dichter bij je zintuiglijke gewaarwordingen, eerder dan bij je intellectuele vermogens, die soms in de weg zitten van echt begrijpen. Op die manier is dans verbindend: het gaat rechtstreeks van zenuwstelsel naar zenuwstelsel. Daarom vind ik het zo boeiend. Daarom doe ik het.

Sidi Larbi Cherkaoui

  • °1976, Antwerpen volgde als tiener danscursussen.
  • 1995. Won met I Wanna Melt with U de Prijs voor Beste Belgische danssolo.
  • 1996. Studeerde 1 jaar aan P.A.R.T.S.
  • 2000. Eerste avondvullende choreografie, Rien de Rien.
  • 2010. Richt eigen dansgezelschap Eastman op.
  • Danst en choreografeert bij o.a. Les Ballets C de la B, Les Ballets de Monte Carlo, Beyoncé, Alanis Morissette, Cirque du Soleil.
  • 2015-2022. Artistiek directeur Opera Ballet Vlaanderen.
  • Sinds 2022. Artistiek directeur Ballet du Grand Théâtre de Genève.
  • 2023. Krijgt de Ultima voor Algemene Culturele Verdienste, een carrièreprijs van de Vlaamse gemeenschap.

Partner Content